2004-08-10 16:42

Fierljeppen valt echt zwaar tegen

Je eigen zwaartekracht bedwingen en tegelijkertijd in een stok zover mogelijk omhoog klimmen. Dat blijken twee dingen die moeilijk zijn te combineren...

Uit de Twentse Courant van 10 augustus. Een verslag van de demonstratie in Eibergen
Bij het fierljeppen van Jong Gelre in Eibergen haalt vrijwel iedereen een nat pak. Maar niemand treurt. Integendeel.

Een aanloopplank ofwel plankier, een lange stok, een waterbak en een strook zand als ’landingsplaats’. Dat zijn de ingrediënten voor het polsstokverspringen, dat vooral in Friesland populair is. In die provincie geldt dit tijdverdrijf zelfs als een heuse sport. Ook in Zuid-Holland wordt aan fierljeppen gedaan. ’De Friese bond en de Hollandse bond springen elk jaar in competitieverband tegen elkaar’, vertelt Gerwin van Vliet (18). ’Dan praat je over een wedstrijd of zestien.’

Van Vliet maakt deel uit van de Polsstokbond Holland, die in Eibergen met een demonstratieteam aanwezig is. Voor een goede sprong dient de aanloop snel en geconcentreerd te zijn, legt de inwoner van Woerden uit. ’Dus niet slingerend over het plankier lopen. Verder moet je er voor zorgen, dat je altijd precies recht voor de springstok terechtkomt.’ Volgens zijn collega Niels Koetsier (16) uit Waddinxveen, moet de stok vervolgens op ooghoogte worden vastgepakt. ’Je haalt ’m dan naar je toe, zwaait je benen vooruit en trekt ze weer in. Vervolgens klim je zo snel mogelijk omhoog.’

Ook de afzet vereist de nodige aandacht. Van Vliet: ’Je moet je benen helemaal omhoog slingeren. Dan krijg je de meeste luchtwrijving. Het plankier zit hier maar zeventig centimeter boven het water. Bij ons ligt die hoogte op twee meter. Daardoor spring je veel verder.’ Dat het tweetal geen gebakken lucht verkoopt, blijkt even later. Zowel Van Vliet als Koetsier houden hun sporttenue droog. Waarmee ze samen met een teamgenoot de enigen zijn die de overkant zullen halen. De demonstratiespringers doen overigens buiten mededinging mee.

In de door Jong Gelre gegraven springbak is 150.000 liter water gepompt, vertelt voorzitter Wilbert Krooshof. ’We zijn daar gisteren negen uur lang mee bezig geweest. De bak is ongeveer een meter diep. Er zit geen plastic zeil onder. Aanvankelijk zakte het water de bodem in, maar later gebeurde dat niet meer.’

Eén van de Eibergse deelnemers is Pablo Schroer (34). Hij belandt telkens met een flink plons in het water. ’Het valt echt zwaar tegen’, verzucht Pablo. ’Als je eenmaal aan die stok bungelt, dan voel je je eigen gewicht. Probeer dan maar eens omhoog te klimmen. Je bent al blij, dat je hangt.’

De verkoeling van het water maakt de pogingen echter meer dan waard, vindt hij. ’Heerlijk met die warmte. Wel komen je voeten helemaal onder de modder te zitten. Maar daar is wel een oplossing voor. Ik duik dadelijk lekker in de Berkel.’